Achtergronden & opinie

‘De democratie is dood en wij hebben haar vermoord’

Auteur: Michiel Dubbeldam | Doorbraak.be

Uit nieuw onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat 62% van de Nederlanders vindt dat het de verkeerde kant opgaat met het land. Maar de uiteenlopende opvattingen over de gewenste oplossingen bemoeilijken het verkrijgen van een breed maatschappelijk draagvlak, aldus het SCP.

Al eeuwen is er kritiek op het principe van democratie. Toch bleek deze sinds de Tweede Wereldoorlog redelijk te werken. De laatste jaren lijkt er echter een kentering gaande. Regeringsvormingen duren oneindig lang, er zijn grote protestbewegingen en democratisch gekozen leiders zijn erg onpopulair. In dit nieuwe onderzoek is maar liefst drie op de vijf Nederlanders ontevreden met de prestaties van “Den Haag.” Hoe levensvatbaar is onze democratie nog?

Democratie is niet de beschermheilige van de grondrechten

Een democratie is in staat grondrechten op een democratische manier op te schorten of deze rechten op een stelselmatige wijze af te breken. In de coronaperiode zagen regeringen die de meest draconische en strenge lockdowns uitvaardigden hun goedkeuringscijfers tot ongekende hoogtes groeien. Dat terwijl regeringen die lakser waren in hun aanpak, wat achteraf de veel betere optie bleek te zijn, hun goedkeuringsratio’s slechts in beperkte mate zagen toenemen. Het grote publiek was in meerderheid voorstander van het (tijdelijk) opheffen van grondrechten. Mensen met een andere mening werden verdacht gemaakt en als gevaar voor de maatschappij weggezet. 

Het meest schrijnende voorbeeld hiervan deed zich voor tijdens de persconferentie van 14 december 2021 toen Hugo De Jonge de volgende woorden uitsprak: “En hecht je zo vreselijk aan je recht, je vrijheid om ‘nee’ te zeggen tegen vaccinatie? Daar leg ik me niet bij neer. Want dat recht – die vrijheid – kan nooit belangrijker zijn dan het recht van de ander om niet ziek te worden, het recht van een ander op een plek in het ziekenhuis, het recht van de ander op  zijn onderwijs, zijn onderneming, of zijn leven gaande te houden.” Hiermee werden mensen die een andere kijk op de vaccinatiecampagne hadden, weggezet als gevaar voor de rest van de bevolking, wat een zeer gevaarlijk precedent schept. De individuele vrijheden werden tijdens de coronaperiode in het democratische Westen niet beter beschermd dan in menig ondemocratische bananenrepubliek.

Ook in het verleden bleken democratisch gekozen leiders in vrije westerse landen niet de vrijheidslievende vredesduiven zoals ze zichzelf graag voorstellen. Zo werd George W. Bush herkozen nadat hij met een invasie van Irak tienduizenden Irakezen de dood had ingejaagd. Dit met louter leugens over massavernietigingswapens als excuus. Het scheen de kiezer dus niet te kunnen schelen dat hun president een ongerechtvaardigde oorlog was begonnen waarbij duizenden onschuldige doden vielen. Dat democratie een garantie is voor een waardige bescherming van grondrechten in binnen- en buitenland blijkt niet te kloppen.

Referenda 

Het meest democratische middel is uiteraard het referendum. Hiermee kunnen kiezers zich duidelijk uitspreken over een specifiek wetsvoorstel. In Nederland is het referendum door D66, wat overigens staat voor Democraten 66, de nek omgedraaid nadat de bevolking tot tweemaal toe het verkeerde antwoord gaf. Eerst was er het referendum over het associatieverdrag met Oekraïne. Een overweldigende meerderheid stemde tegen dit verdrag dat vervolgens alsnog werd ingevoerd, twee jaar later was de sleepwet hetzelfde lot beschoren. 

Niet alleen in Nederland wordt de uitslag genegeerd als deze in de ogen van de regerende macht incorrect is. Ditzelfde gebeurde in Frankrijk, waar de uitslag van het referendum over de Europese grondwet, net als in Nederland, werd genegeerd. Een referendum over de recente pensioenhervormingen van Macron is niet mogelijk. Voor zover referenda nog mogelijk zijn mag men dus alleen nog stemmen over onbenullige zaken zoals het al dan niet aansluiten bij een andere gemeente.

Kiezersbedrog naar een nieuw niveau 

Eén keer in de vier jaar mag men naar de stembus om parlementariërs te kiezen. Deze parlementariërs hebben vervolgens een vier jaar durende volmacht om naar eigen goeddunken over wetten te stemmen. Vaak stemt men niet naar eigen goeddunken, men heeft immers de politieke verplichting om zich aan de partijdiscipline te houden. Is de partijdiscipline dan misschien wel volgens het partijprogramma? Nee, natuurlijk niet. Het volledige partijprogramma is immers overboord gegooid tijdens de regeringsonderhandelingen om zo veel mogelijk ministerposten binnen te slepen. 

De stemmingen vinden dus plaats volgens het regeerakkoord dat na de verkiezingen in achterkamers onderhandeld is. Regelmatig verschijnen er zaken in het regeerakkoord die nooit in iemands verkiezingsprogramma hebben gestaan. Zo sprak de VVD in hun verkiezingsprogramma van 2021 over “het opschorten van het recht op het aanvragen van asiel in Nederland en sluiting van de Nederlandse grenzen voor migranten.” Niets van dit alles is ook uitgevoerd. 

Erger zijn misschien de dingen die niet in het verkiezingsprogramma stonden en wel zijn uitgevoerd. Het woord coronatoegangsbewijs komt bijvoorbeeld niet één keer voor in het VVD-verkiezingsprogramma van 2021, dat terwijl het slechts enkele maanden later werkelijkheid zou worden. Daarmee werden honderdduizenden mensen gediscrimineerd en buiten de samenleving geplaatst. Bedrijven zijn gebonden aan het consumentenrecht dat consumentenbedrog moet voorkomen. Politieke partijen hebben echter alle ruimte om ongegeneerd de kiezer te bedriegen.

Onpopulaire leiders

Aangezien de leiders in een democratie worden gekozen en hiervoor de steun van het volk nodig hebben, zou je redelijkerwijs kunnen verwachten dat de meerderheid van de bevolking de leiders ook steunt. Het bedrijf Morning Consult houdt van 22 landen de goedkeuringsscores van de leiders op vaste tijdstippen bij. Slechts in drie westerse landen wordt de leider gesteund door de meerderheid van de bevolking, te weten: Zwitserland, Italië en Australië. Hierbij moet men in het geval van Zwitserland aanmerken dat de vertegenwoordiger van de bondsraad geen wezenlijke politieke macht heeft anders dan lid te zijn van deze bondsraad. Wat opvalt is dat zowel Australië als Italië een regering hebben zonder grote ideologische kloven binnen deze regering. Het is dus enigszins een harmonieus geheel wat de algemene perceptie wellicht verbetert.

Minder harmonieus gaat de samenwerking tussen verschillende partijen op heel veel andere plaatsen in het ‘vrije Westen’. In tal van landen worden partijen bij voorbaat uitgesloten van deelname aan de macht. Deze ‘vijftig procent plus één-mentaliteit’ zorgt ervoor dat een grote minderheid stelselmatig wordt uitgesloten en beleid kan worden doorgevoerd zonder brede steun onder de bevolking. Zo worden partijen die daadwerkelijk een strenger migratiebeleid willen al jaren uitgesloten van regeringsdeelname. De regerende partijen roepen na een verloren verkiezing steeds opnieuw dat er naar het signaal geluisterd zal worden waarna men de ingezette koers verder versnelt in plaats van daadwerkelijk te luisteren en het roer om te gooien. 

We kunnen dan ook concluderen dat we leven in een democratie van enkelen. Een democratie waar steeds dezelfde groep zijn zin krijgt en de verschillen van inzichten tussen de welgestelde elite – die een globalistische eco-communistische superstaat voorschrijft – en de ‘gewone’ man en vrouw steeds groter worden. Het onvermijdelijke gevolg van deze conflictueuze situatie zijn protesten waarmee grote groepen hun laatste restje zekerheid met hand en tand proberen te verdedigen. 

Scorebordpolitiek

Dat deze scorebordpolitiek uiteindelijk leidt tot grote sociale spanningen, mag niemands verbazing wekken. In Israël kreeg Likoed (de partij van Nethanyahu) samen met haar coalitiegenoten een meerderheid in de Knesset. Toen deze coalitie de beloofde juridische hervormingen wilde doorvoeren, braken er door het hele land grote protesten uit. De omvang van de protesten was zo groot dat Nethanyahu zich uiteindelijk genoodzaakt zag om de geplande hervormingen te staken.

In Frankrijk bleken de pensioenhervormingen van Macron niet te kunnen rekenen op steun van het brede publiek. Ook Macron gebruikte de grondwet als spelregelboekje waar een speciale voorziening in te vinden was die ervoor zorgde dat hij een ingrijpende hervorming als deze zonder parlementaire stemming door kon drukken.

Opvallend zijn het grote aantal gelijkenissen tussen de hervormingen in Israël en Frankrijk. Zo waren er in beide landen grote protesten tegen de hervormingen, was een meerderheid van de bevolking tégen de hervormingen en hadden ze allebei de wettelijke mogelijkheid om de hervormingen door te voeren zonder verdere grondwettelijke problemen. Volgens de spelregels van het democratische spel stonden beide regeringen dus volkomen in hun recht. Niets van dit alles past echter in het plaatje van een waardige democratie.

Eisen functionerende democratie

Aan een goed functionerende democratie zijn voorwaarden verbonden. Een bevolking moet eensgezind zijn in de doelen die ze wil bereiken en de waarden die ze wil uitstralen. Ook is het essentieel dat er sprake is van een sociaal contract dat de basis vormt van een legitieme regeringsmacht. Een democratie kan dan zorgen voor gezonde discussie over de vorm en richting van de oplossing waardoor uiteindelijk via samenwerking de beste oplossing kan worden gekozen. Democratie kan op deze manier een land verenigen op weg naar de best mogelijke oplossing.

Voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog is de Nederlandse bevolking echter niet langer eensgezind in de doelen die het wil bereiken. Een aanzienlijke groep wil de maatschappij transformeren tot een woke-walhalla waarin alles CO2-neutraal is, mensen niet langer met het vliegtuig op vakantie kunnen en het quasi verboden is je tanden in een sappige biefstuk te zetten. Volgens deze groep moeten we transformeren naar een maatschappij waar zaken ofwel verplicht ofwel verboden zijn. 

Hiertegenover staat een groep die onze nationale identiteit wil behouden en voor de rest geen overheidsinmenging duldt in zijn persoonlijke leven door middel van vleestaksen, vliegtaksen, quota en CO2-budgetten. De doelen lopen zo ver uit elkaar dat er geen samenwerking meer mogelijk is. De kans dat één van beide groepen bovendien tot inkeer komt over zijn idealen is verwaarloosbaar klein. Tussen deze groepen is geen overleg meer mogelijk, zelfs over grondrechten en plichten zal men het niet eens kunnen worden. De democratie zoals wij deze kennen is daarmee doodverklaard.

Michiel Dubbeldam is student Economie en Bedrijfseconomie in Tilburg.


Dit artikel verscheen eerder bij Doorbraak Magazine.

Hoofdafbeelding: ANP / Marco de Swart – Demonstratie Rotterdam 6 februari 2022