Achtergronden & opinie

Column Paul Cliteur: ‘Twitter/X wordt een soort NPO in het groot’

Auteur: Paul Cliteur

Op 25 augustus jongsleden is de Digital Services Act (DSA) bij de EU in werking getreden. Deze wet (eigenlijk een verordening, maar dat maakt nu even niet uit) verplicht grote online platforms om snel illegale inhoud, haatzaaiende uitspraken en zogenaamde desinformatie te verwijderen. Het doel van die wet wordt geformuleerd door de Europese Commissie voorzitter Ursula von der Leyen: “ervoor te zorgen dat de online omgeving een veilige ruimte blijft”.

De grote online platforms met meer dan 45 miljoen maandelijkse actieve gebruikers moeten zich vanaf de aangegeven datum aan bepaalde regels houden. De kleinere platforms hebben tot februari de tijd om hun organisatie zodanig in te richten dat men eraan kan voldoen. Als “grote” platforms gelden: Google, Facebook, Instagram, Twitter/X, YouTube en Amazon. Kleinere zijn: Wikipedia, LinkedIn en Snapchat.

Wat kan daar mis mee zijn? Niets aan de hand, toch? Volkomen normaal en zelfs wenselijk dat geen illegale dingen gepubliceerd kunnen worden online, toch? De vrijheid van expressie heeft grenzen. Dat weten we, toch? Ook offline mag je geen dingen publiceren die wettelijk verboden zijn (geen oproep tot moord of doodslag of het oproepen tot geweld jegens een minderheidsgroepering).

Waarom dan al die zorgen over de DSA?

Het antwoord is: omdat de DSA mogelijkheden tot censuur en onderdrukking van onwelgevallige meningen biedt die tot voor kort ongekend waren in democratische rechtsstaten. De DSA machtigt, nee, verplicht de online platforms tot het censureren van informatie (“content” in het jargon) via technieken die we kennen uit de voormalige DDR, Noord-Korea of andere dictaturen (wat in Nederlandse overheidsstukken wordt genoemd “onvrije landen”). Het regiem dat op de online platforms gaat gelden, is niet alleen een regiem van willekeur, maar ook van geheime willekeur.

Het nieuwe beleid op X

Ik zal uitleggen wat ik bedoel. Ik doe dat aan de hand van X (tot voor kort Twitter). Wie een berichtje plaatst op X (tot voor kort heette dat “twitteren”) kan worden gelezen door anderen. Die anderen kunnen ook aangeven dat zij meer van die persoon willen lezen. Je “abonneert” je als het ware op de berichten van die persoon. Dat heet “volgen”. Zo bouwt een “twitteraar” een schare “volgers” op. Er zijn mensen met 0 volgers. Vaak anonieme nepaccounts. Maar ook mensen met heel veel volgers: Raisa Blommestijn bijvoorbeeld (92.859 volgers) of Eva Vlaardingerbroek (572.991 volgers). Ik heb (had, ik kom erop terug) 20.788 volgers.

Wat is nu de nieuwe situatie die is ontstaan op die online platforms die zijn onderworpen aan de DSA? Dat is dat de platforms worden geacht “iets te doen” met de berichten waarvan je zou kunnen zeggen:

  1. Het is onwettig
  2. Het is haatzaaiend
  3. Het bevat informatie die niet klopt (misinformatie)

Wat is dat “iets doen”? Daarover bestaat geen duidelijkheid. Een online platform zou bijvoorbeeld bij elk berichtje waarvan het platform denkt dat het niet klopt een waarschuwing kunnen plaatsen (dus bij elk bericht dat het nut van mondkapjes in twijfel trekt wordt dan de website van de overheid vermeld die het gebruik van mondkapjes juist aanbeveelt). Wat ook kan: de platforms halen gewoon elk bericht weg waarvan men denkt dat het onjuist is op grond van strijdigheid met één van de 3 hierboven genoemde punten. Wat ook kan, is dat het platform de plaatser van een bericht enige tijd op non actief houdt door zijn berichten niet te plaatsen. Dan krijgt de “twitteraar” (nogmaals, oude term) als het ware een paar dagen “straf”.

X heeft echter de afgelopen maanden een hele nieuwe manier van omgang ontwikkeld om met “foute content” om te gaan. X (of liever gezegd de eigenaar van X: Elon Musk) heeft een nieuwe CEO aangesteld: Linda Yaccarino. En op basis van de eerste interviews met haar kunnen we ons een beeld vormen van de wijze waarop zij om zal gaan met onwelgevallige berichten.

Wat zij als uitgangpunt neemt, is “brand security”. Dat is een vage term die aangeeft dat iedereen zich als gebruiker van X “veilig” moet voelen. En dat veilige gevoel krijg je, denkt, Yaccarino, wanneer het platform de kans minimaliseert dat een gebruiker wordt geconfronteerd met iets dat onwettig, haatzaaiend of misinformatief is.

Shadowbanning

Hoe gaat zij dat doen? Hier blijkt het “nieuwe” van X. Imers Yaccarino gaat een foute gebruiker niet meteen van X gooien. Zij gaat die gebruiker ook niet waarschuwen door hem te berichten wélke tweet zij onwettig of haatzaaiend acht (dat doen Facebook en Linkedin desgevraagd wel), zodat de plaatser die tweet eventueel kan verwijderen. Wat zij gaat doen, is die persoon (onaangekondigd) onzichtbaarder maken dan hij was. Zij gaat hem – in het jargon – “shadowbannen”. Dat wil zeggen je kunt die persoon moeilijker vinden op X. Als je in de zoekfunctie de naam van die persoon invult kom je niet bij die persoon.

Wat dus met mij is gebeurd, snif.

Tekst gaat verder onder afbeelding.

“Freedom of speech, not of reach”

De Orwelliaanse newspeak voor deze techniek is: “freedom of speech, not of reach”. Dus de geshadowbande gebruiker van X kan minder mensen bereiken met zijn boodschap. De geshadowbande gebruiker van X kan nog wel uitzenden naar de personen die hem reeds volgden, maar er komen geen nieuwe mensen bij. Zijn hoeveelheid volgers wordt als het ware gefixeerd.

Niet “unlawful” maar toch “awful”

Op welke gronden besluit nu Yaccarino een X-gebruiker te shadowbannen? Zijn daar normen voor? Ook daarover heeft X een nieuwe beleidslijn ontwikkeld. Hierboven introduceerde ik de drieslag van: 1. Onwettig, 2. Haatzaaiend, 3. Misinformatief. Yaccarino geeft nu in interviews aan dat de “wettigheid” van het geplaatste bericht (het is dus niet “illegaal”) niet betekent dat het ook straffeloos op X mag komen. Immers het mag dan wel “lawful” zijn, maar als het “awful” is (dus de “l” eraf, leuke woordspeling), dan is het toch niet welkom op X. Dus ook berichten die “awful” zijn leveren de shadowban op. Het “niet ‘unlawful’ dan toch ‘awful’”-criterium betekent in feite dat Yaccarino vergaand gaat censureren op basis van haar eigen morele opvattingen. Of de morele opvattingen van de groep waarvan zij deel uitmaakt. Vrijheid van expressie in de zin van Orwell is, op dit moment althans, weg op X.

Tekst gaat verder onder de afbeelding.


Althans voorlopig. Elon Musk kan natuurlijk tot bezinning komen. Hij kan Linda Yaccarino vragen om te zien naar een voor haar geschiktere werkkring. Iets waar zij beter tot haar recht komt.

Waar doet dit aan denken? We zien nu overal dezelfde processen spelen: sluipende censuur maakt zijn intrede. Bij de omroepen, aan de universiteiten, in culturele instellingen – overal. Linda Yaccarino is een soort Frederieke Leeflang in het groot. De NPO-bestuurder schermt, net als Yaccarino, met begrippen als “misinformatie” en “haatzaaien”. Maar ON! verspreidt geen “misinformatie”. ON! brengt pijnlijke brokjes informatie naar voren die je vanuit een bepaald perspectief als ongemakkelijk of aanstootgevend kan ervaren. Prima hoor, ga maar kijken naar WNL als je wat anders wil. Maar dat willen die personen doorgaans niet. Die gaan speciaal kijken naar ON! om aanstoot te ervaren. En als dat dan gebeurd is, dan willen ze dat je weggehaald wordt van het scherm. Ze vragen om “shadowbanners” als Yaccarino, want ze voelen zich “onveilig” met elk stukje informatie waardoor ze dieper moeten gaan nadenken. Hebben ze geen zin in. Vrij naar Immanuel Kant zeggen ze: “ik durf niet te denken. Ik heb een hekel aan denken. Ik wil denken wat iedereen denkt. Dat is veilig. Dat is onze ‘brand security’. De overheid denkt wel voor mij.”

Musk, word wakker!

Paul Cliteur (geb. 1955) heeft 40 jaar rechtswetenschap gedoceerd aan de Universiteit Leiden, de laatste 20 jaar als hoogleraar. Tevens was hij 7 jaar hoogleraar filosofie aan de Universiteit van Delft. Hij heeft ongeveer 30 promovendi begeleid, ongeveer 30 boeken geschreven en geredigeerd naast vele opiniestukken voor Nederlandse kranten. Hij zal de komende tijd elke twee weken een column schrijven voor ON!

Hoofdafbeelding: cartoon met dank aan Ben Garrison grrrgraphics.com